Van de woestijn naar de jungle

Hoi allemaal,

Mijn vorige bericht was nog vanuit de woestijn. Ik vond de woestijn heel erg leuk. Vaak waren er hele mooie uitzichten en ik had ook vaak wind mee op de fiets. Maar het was ook wel erg droog en het was zwaar om steeds zoveel water mee te dragen. Ik wilde wel even in een andere omgeving fietsen. Dus we zijn naar de jungle gefietst. 

Om bij de jungle te komen moest ik een hele hoge berg over. Aan de ene kant van de berg is woestijn, aan de andere kant is de jungle. Het klinkt gek maar het is echt waar. 

Ik kan wel uitleggen hoe dat kan. In de jungle regent het heel veel. Er zijn grote zware wolken die laag in de lucht hangen. Als het dan waait dan botsen de wolken tegen de hoge berg en valt de regen naar beneden. De regen komt dus niet aan de andere kant van de berg. Daardoor is het aan de ene kant van de berg droog en aan de andere kant nat. (Misschien kan de juf/meester een tekening maken)

In de echte diepe jungle zijn natuurlijk geen wegen waar ik kan fietsen. Ik ben dus aan de rand van de jungle. Hier zijn nog niet veel wilde dieren. Er zijn wel heel veel mooie vlinders en vogels. Sommige vogels kunnen heel mooi zingen. Er zijn hier ook gevaarlijke slangen, maar die heb ik gelukkig nog niet gezien. Doordat het hier zo vaak regent staan er hier ook heel veel bomen en er bloeien mooie bloemen. Het fruit is hier heel vers en lekker. Er zijn allemaal tropische vruchten die ik nog nooit gezien heb. Er zijn ook veel bergen dus van het fietsen word ik heel moe. 

Ik denk niet dat ik nog lang in de jungle blijf. De wegen zijn een beetje gevaarlijk en ik hou niet zo van regen. Ook zijn er veel insecten zoals muggen en vliegen die ons steeds bijten. Daar krijg ik bulten en rode plekken van.  Bah. 

De volgende keer ga ik iets schrijven over een hele bijzondere markt in La Paz (de hoofdstad van Bolivia). 

Tot de volgende keer!